Maar de contrasten zijn groot. De kloof tussen arm en rijk is gigantisch.
Niet alleen hier overigens. De Franse econoom Thomas Piketty heeft er onlangs een lezenswaardig en veel rumoer veroozakend boek (Le Capital au XXIe Siecle) over geschreven. En ook de vroegere Amerikaanse minister van arbeid in de Clinton administration Robert Reich waarschuwt al jaren voor de gevolgen van alsmaar toenemende ongelijkheid. Het is dus niet enkel de kracht van de natuur, maar ook de (grootheids)waanzin van sommige mensen, die ons existentieel bedreigen. Iedereen die het nieuws enigszins volgt kan daar dagelijks de voorbeelden van aanschouwen. Mensen kunnen zich goed aan omstandigheden aanpassen. Ze vinden altijd wel weer een oplossing. Hier op de Filipijnen hebben meer mensen dan er in heel Nederland wonen leren leven met de omstandigheden waarin ze zich bevinden. Ze lachen veel en hechten grote waarde aan familiebanden. Ze helpen elkaar waar ze kunnen en blijven geloven in een betere toekomst. Geloof speelt in de samenleving hier een bijzonder grote rol.
De Filipijnse eilanden vormen samen een fantastisch land.. Mensen in het 'rijke' Westen hebben volop beelden van het Verre Oosten. Bij de vorming van die beelden worden ze meestal niet gehinderd door al te veel kennis van zaken, maar eerder gestuurd door welgemeend eigenbelang. Anderhalf keer de bevolking van Nederland zou hier heel blij zijn met een doortimmerd systeem van voedselbanken, waar in Nederland veel mensen schande spreken van het feit dat ze nodig blijken te zijn. En dat met een stelsel van sociale zekerheid, dat in de wereld zijn weerga nauwelijks kent. En toch kan ik me niet aan de indruk onttrekken,dat de mensen hier vaak gelukkiger en tevredener zijn. Even afgezien van de bovenste 1% plunderaars, die ook hier het kunstje van het Westen hebben afgekeken en die enkel leven om zoveel mogelijk bijeen te schrapen.