Friday 23 September 2011

Dodelijk

Wilders heeft wel een punt als hij zijn mede volksvertegenwoordigers selectieve verontwaardiging verwijt. Het sterkst maakt hij dat met de ‘flapdrol’ en ‘effe dimme’ van Marijnissen en het ‘schoothondje’ van Kok. Daarover werd van geen enkele zijde ooit een opmerking gemaakt. En nu stuitert iedereen de stress in van ‘bedrijfspoedel’ en ‘doe effe normaal man’.

Maar er is ook een verschil. Daar waar de kwalificaties van Marijnissen en Kok eerder uitzonderingen waren, die overigens wel correctie verdiend hadden, is dit taalgebruik bij Wilders eerder de regel. Hij probeert bewust en opzettelijk het echt inhoudelijke debat en zijn politieke tegenstanders te ontregelen, door te choqueren en uit de dagen. Dat lukt hem aardig. Zijn aanhangers dragen hem op handen, omdat hij de dingen bij hun naam noemt en zich weinig gelegen laat liggen aan de fatsoensnormen van de gevestigde politieke orde. Dat politiek fatsoen heeft namelijk tot gevolg gehad, dat een aantal maatschappelijke problemen te lang onbesproken zijn gebleven en dat individuen en groepjes de ruimte, die hen daardoor geboden is , op hun manier ingevuld hebben. In Duitsland heeft Thilo Sarrazin daarover een boek geschreven met de titel “Deutschland schafft sich ab”. Hij werd naar aanleiding daarvan uit het bestuur van de Deutsche Bundesbank gezet en bijna ook uit zijn partij, de SPD.

Uiteindelijk zal Wilders ten onder gaan aan zijn eigen generalisaties. Rutte pareerde hem gisteren één keer op voortreffelijke wijze met de opmerking dat uit onderzoek gebleken is, dat moslims die de moskee bezoeken veel minder tot criminaliteit geneigd zijn dan degenen die dat niet doen en dat dientengevolge geconcludeerd kan worden, dat de Islam een positief effect heeft op de veiligheid in Nederland.

Voor het aanzien van de Tweede Kamer, van de premier en van de politiek in het algemeen zijn de generalisaties en kwalificaties van Wilders dodelijk. In zijn eigen val sleept Wilders uiteindelijk de politiek als geheel mee. Er is sprake van moeilijk te herstellen imagoschade. Vertrouwen en aanzien verdwijnen als sneeuw voor de zon. Niet het land, maar de politiek is goed op weg zichzelf af te schaffen.