Friday 2 September 2011

Natie , taal en fout nationalisme

Welke taal zou ik moeten spreken als ik Zwitser zou willen worden? Welke taal moet ik spreken om tot Belg te kunnen naturaliseren? Sinds het Fries als taal erkend is spreken we in Nederland ook verschillende talen. Kan een Vlaamse Belg, bijvoorbeeld Steven Strijckers die al tien jaar in Munstergeleen woont en werkt, ook Nederlander worden als hij Fries spreekt? Is taal een geschikt criterium om nationaliteit te verwerven? Bepaalt de taal die ik spreek tot welke natie ik behoor of wil behoren? Willen mensen een nationaliteit of krijgen ze die opgelegd en worden er dan min of meer toevallig in geboren?

Om daar iets van te begrijpen moeten we terug naar de 19de eeuw. Taal heeft veel met natievorming van doen. Joep Leerssen schrijft in “Nationaal denken in Europa, een cultuurhistorische schets” (Amsterdam University Press, 1999 ), dat het nationale denken oorspronkelijk een emancipatiebeweging was voor burgerij en minderheidsculturen. Nationaliteit werd echter in toenemende mate een “corset dat de staatsmacht moreel legitimeert, door haar te stutten op het primaat van een collectieve, anti – individualistische volkssolidariteit , en waarin de nationale of culturele identiteit van het individu lijnrecht uit de dwingende omstandigheden van historische en raciale afkomst wordt afgeleid.” De Multi-etnische keizerrijken vielen aan het einde van de Eerste Wereldoorlog definitief uiteen. Daarvoor in de plaats kwam het zelfbeschikkingsrecht der volkeren, dat de leidraad vormde voor het Verdrag van Versailles. Daar ligt de oorsprong van het nationalistisch beginsel, dat “staten de nationale samenstelling van hun bevolking dienen te weerspiegelen, en dat de staatsgrenzen dus idealiter dienen samen te vallen met culturele grenzen – met name taalgrenzen. “

Cultuur- en staatsgrenzen vallen echter niet samen. Staatsgrenzen zijn meestal vrij nauwkeurig. Soms weerspiegelen ze in hun veranderlijkheid de kracht of zwakte van een land. Cultuurgrenzen zijn vager en ze verschuiven maar zelden. Staatsgrenzen zijn veel minder bestendig dan cultuurgrenzen.

De multiculturele samenleving is mislukt, roepen vele politici tegenwoordig. Dat is natuurlijk volstrekte flauwekul. De multiculturele samenleving is niet mislukt, ze bestaat gewoon. Feit is, dat politici zich geen raad weten met de gevolgen van toenemende globalisering en mobiliteit. Daarom vallen ze terug op een fout soort nationalisme. Een nationalisme, dat niet gericht is op emancipatie en democratie, maar op mono - cultureel en - linguïstisch fascisme. Sinds 1 april van dit jaar zijn, op basis van het gedoogakkoord en dus dankzij de PVV, de eisen van het inburgeringsexamen verder aangescherpt.

Steven Strijckers behoort tot hetzelfde cultuurgebied als de Nederlanders. Hij heeft niet dezelfde nationaliteit, behoort niet tot dezelfde staat. Dat is niet meer dan een toevalligheid, want voor 1830 was dat wel het geval geweest. Misschien wordt het de allerhoogste tijd die verschillende nationaliteiten gewoon af te schaffen en er , als eerste stap, een Europees paspoort voor in de plaats te stellen. Uiteindelijk zijn we allemaal bewoners van de wereld en zouden we ons moeten kunnen vestigen daar waar we ons het beste thuis voelen, zonder dat nationale regeringen dat met allerlei dwaze regeltjes belemmeren.

Filosoferen in de tuin

Een middag in de tuin. Met zijn vieren rond een tafel. Het gesprek komt op ‘seksueel misbruik van kinderen’. Bestaat er dan ook seksueel gebruik van kinderen, vragen we ons af? Of is de term mishandeling hier beter op zijn plaats? In het wetboek van strafrecht gaat het om (het begin van) een , al dan niet incestueuze handeling, in de richting van een minderjarige. En met die handeling is iets mis.

Zinloos geweld. Hoe staat het daar mee? Is geweld niet per definitie zinloos en is er dus sprake van een pleonasme als we het over zinloos geweld hebben? Net zoals in witte sneeuw. Kan geweld ook zinvol zijn? Of is het beter in die gevallen te spreken van gerechtvaardigd en blijft het geweld altijd zinloos, omdat het zichzelf oproept en tot escalatie leidt en niet tot een oplossing? Verzets - en bevrijdingsbewegingen vinden geweld soms gerechtvaardigd, maar is het daarmee ook zinvol?

Bestaan beeld en geluid eigenlijk onafhankelijk van de waarnemer? En hoe zit het met tijd? Bestaat tijd onafhankelijk van onze waarneming? Wij meten de tijd. Causaliteit en relativiteit brengen ons bij Einstein. Kunnen mensen eindeloos denken, zonder begin en eind? De historici onder ons zetten de metafysica aan de kant en gaan toch maar uit van volgordelijkheid, van causaliteit, van b als gevolg van a. Als er al een oerknal is geweest, wat was er dan daarvoor? Wat heeft die knal veroorzaakt, wat heeft tot die knal geleid? Of was er helemaal nooit een knal en is alles er altijd al geweest en zal het ook nooit eindigen? Verandert het alleen maar van vorm?

Waar is het misgegaan met de mens? Zijn we van mening dat het misgegaan is? Wat is er dan mis gegaan? Wanneer heeft hij zichzelf losgemaakt van en zich boven de natuur gesteld? Begon het met het domesticeren van dieren of al eerder? Bijvoorbeeld toen we rechtop gingen lopen? Welke wonderbaarlijke aanpassingskunst heeft ertoe geleid, dat mensen, die naakt en zonder schutkleur worden geboren en daarbij ook nog een hoop kabaal maken, toch in staat waren te overleven? Zijn wij niet iets te arrogant geworden, omdat ons dat gelukt is? Het rechtop gaan staan heeft ons ook verzwakt. Waar de viervoeter goed verder kan met drie voeten, zijn wij behoorlijk gehandicapt als we er een moeten missen.

De onderwerpen borrelen als vanzelf op. Er wordt veel beweerd en nog meer gevraagd. Elk van de vandaag maar kort en oppervlakkig aangesneden thema’s verdient veel meer aandacht dan wij er vanmiddag in het zonnetje aan konden geven en heeft die aandacht ook al van velen voor ons gehad. Wij zijn slechts amateur filosofen. Maar het was wel genieten vandaag. Ik had nog uren door kunnen gaan en liefst zou ik nooit meer iets anders doen. Het ontbrak me aan tijd. Ik had te weinig ruimte in mijn tijd. En dus zette ik mij maar weer in beweging en ging van a naar b, omdat ik daar verwacht werd.