Friday 30 January 2009

Hoed u voor de preventiestaat !(2)

Als de problemen in onze wereld in toenemende mate van religieuze aard zijn, waarom overwegen we dan niet om alle religies af te schaffen? De atheïstische Beweging van F.C. van Dongen uit Rijswijk krijgt niet echt een voet aan de grond. Als er teveel(?) doden vallen in het verkeer komen er beperkende maatregelen. We mogen niet meer zo hard rijden als we willen. We moeten een gordel om of een helm op. We moeten halt houden voor een rood licht. We moeten rechts voorrang geven. Als er teveel (?) mensen sterven door longkanker verbieden we het roken. Hoed u voor de preventiestaat! Hij knuffelt u dood !
We proberen mensen die ziek geworden zijn te helpen. Dat doen we zo goed en zo kwaad als we kunnen. Daarbij maken we fouten. Dat mag niet meer. De perfectionisten zitten ons op de hielen. Ze staan aan wal en maken geen fouten. Dat maakt ons angstig en bang. We gaan ons indekken. We vegen onze missers onder het tapijt. Maar de perfecten eisen openheid en transparantie. Daarbij vergeten ze om een sfeer te creëren, waarin het veilig is om open en eerlijk te zijn. Een cultuur, waarin fouten maken mag. Als je er maar van leert. Ze hebben het alleen nog maar over schuld. De schuldige moet gevonden worden. Als we die hebben wordt ie onthoofd en doen we alsof daarmee het probleem is opgelost. Alsof die fouten opzettelijk gemaakt worden. Zouden er nog landen zijn waar de mensen gewoon dankbaar zijn met het feit dat we ze proberen te helpen?
Ik herinner me dat staatssecretaris Dijksma werd geïnterviewd over de buitenschoolse opvang. Er waren twintigduizend plaatsen te weinig. De belangrijkste vraag van de verslaggever was: ‘Moeten we niet zeggen dat u eigenlijk gefaald heeft?’
Wij laten het allemaal gebeuren. We staan erbij en kijken toe. Wie zijn wij? Wij zijn het volk. Wij hebben de macht. Wij mogen eens in de zoveel jaar stemmen en laten het dan afweten. Een handvol beroepsvergaderaars bepaalt daarna waar we ons aan te houden hebben. Die leven al lang niet meer in de echte wereld. Ze verzinnen allerlei regels waar niemand om gevraagd heeft, want ze moeten toch wat doen voor het geld, dat ze van onze belastingcenten krijgen. Maar wie stopt ze? Wie houdt ze tegen? Wie heeft de macht om dat te doen? De wereld is niet gevaarlijk door hen die kwaad doen, maar door hen die toekijken en het laten gebeuren, zei Einstein al. We leren niet, we vertrekken. Nederland is een emigratieland geworden. In Maastricht wordt gesproken over de scholierenvlucht naar Belgie. Het is tijd voor de tegenbeweging. In Obama's boek 'de herovering van de Amerikaanse droom' las ik dat de nieuwe president waarde hecht aan goede manieren. "Elke keer als ik een kind ontmoet dat duidelijk spreekt en me aankijkt en 'ja meneer' zegt en 'dank u wel' en 'alstublieft' en 'pardon' , voel ik me optimistischer over dit land. Ik denk dat ik niet de enige ben. Ik kan goede manieren niet in wetgeving vatten. Maar ik kan ze wel aanmoedigen als ik met een groep jonge mensen te maken heb." In Belgie leren kinderen dat kennelijk nog thuis en op school.

Keurmerk of kwaliteit?

Keurmerken zijn belangrijker geworden dan kwaliteit. Zogenaamde kwaliteitssystemen zijn een doel op zichzelf geworden in plaats van een middel. Het gaat al lang niet meer om de inhoud van bijvoorbeeld de zorg, maar om procedures, processen, systemen, protocollen en registraties. Kasten worden gevuld met ordners. Zeeën van tijd en geld worden verdonderd om een papieren werkelijkheid te scheppen, terwijl de zorgverleners klagen dat ze geen tijd meer hebben om zorg te verlenen en de klanten klagen dat er geen aandacht meer voor hen is. De gemiddelde arts in Nederland onderbreekt zijn patiënt al na 16 seconden voor de eerste keer, want de volgende zit te wachten. Volgens Stef Groenewoud, werkzaam bij Plexus en onlangs gepromoveerd aan het Erasmus Medisch Centrum te Rotterdam, kunnen keurmerken en certificaten die enkel iets zeggen over procedures beter afgeschaft worden.
Kwaliteit is niet meer en zeker niet minder dan het voldoen aan en het bij voorkeur overtreffen van gerechtvaardigde verwachtingen van de klant. Wie kwaliteit wil leveren moet die verwachtingen dus kennen.
Zorginstellingen verzinnen deze onzin niet zelf. Overheid, politiek, inspectie en zorgverzekeraars zijn de boosdoeners. Ze verwarren middel en doel. Ze kijken naar procedures in plaats van naar resultaten. De vraag of er een klachtenprocedure is, of die schriftelijk vastgelegd is en waar klanten die kunnen vinden is belangrijker geworden dan de termijn waarbinnen eventuele klachten afgehandeld worden. De registratie van het aantal voorkomende gevallen van decubitus ( doorligwonden ) is van groter belang dan het voorkomen ervan door extra aandacht. Onderzoek toont aan dat zorginstellingen met een keurmerk niet per definitie betere kwaliteit leveren dan die zonder zo’n papiertje. Op zich hoeft er niets mis te zijn met kwaliteitssystemen. Als ze maar ten dienste staan van het behalen van goede resultaten. In de huidige praktijk is vaak het omgekeerde beeld waar te nemen. Organisaties staan in dienst van het kwaliteitssysteem. Het keurmerk heeft nauwelijks nog een relatie met de dagelijkse praktijk. Van verantwoordelijke ‘ondernemers’ in de zorg zou verwacht mogen worden dat ze deze praktijken een halt toe roepen. De inhoud van de zorg is belangrijker dan het registratiecircus. Er zijn voldoende onderzoeksgegevens beschikbaar om dat tegengeluid te onderbouwen.