Tuesday 20 December 2011

De RK Kerk en het Openbaar Ministerie

‘Ieder huisje heeft zijn kruisje’, placht mijn moeder te zeggen. Vrij vertaald betekende dat, dat er overal wel iets is. Deetman heeft kunnen onderzoeken, dat er in ieder geval binnen de Katholieke Kerk tussen 1940 en 1985 iets was. Net als iedere andere organisatie heeft ook de RK Kerk getracht die vuile was zoveel mogelijk binnenskamers te houden. Zo bijzonder is dat mijns inziens niet en het doet niets af aan het feit dat er misdrijven gepleegd zijn, die – in enkele zeldzame gevallen - bestraft zijn en – in waarschijnlijk zeer veel meer gevallen – bestraft hadden moeten worden. De verantwoordelijken, met name de bisschoppen en misschien binnenkort ook de hoogste baas, worden uitgenodigd, nee opgeroepen, af te treden. Weggaan is de vorm van verantwoordelijkheid nemen die het meest populair geworden is.

Het nieuws ter zake volgend kwam de vraag bij me op hoeveel aangiften er in de door Deetman onderzochte periode bij de politie gedaan zijn en hoe die door justitie afgehandeld zijn. Op zoek naar gegevens daarover stootte ik op een rapportje dat Mr. Dr. D.W. Steenhuis, op verzoek van de Vaste Kamercommissie Justitie en Veiligheid en in opdracht van de heren Opstelten en Teeven, in juni van dit jaar uitgebracht heeft onder de titel: ‘Nil Novum, een onderzoek naar de manier waarop het Openbaar Ministerie is omgegaan met zedenzaken tegen Rooms - Katholieke geestelijken’. Ik kan mij niet herinneren dat het veel ophef veroorzaakt heeft. Steenhuis wilde de periode 1980 – 2010 onderzoeken, maar kwam al snel tot de conclusie , dat het onmogelijk was een gedegen onderzoek uit te voeren en beperkte zich toen maar tot de jaren tachtig. Je zou kunnen stellen dat Deetman in de archieven van de RK Kerk meer geluk gehad heeft dan Steenhuis in die van het OM. Uit gesprekken met direct betrokkenen is Steenhuis voorts niet gebleken van afspraken tussen de RK Kerk en het OM inzake een sepotbeleid en dus wordt de conclusie getrokken dat die er kennelijk ook niet waren. Joep Dohmen, zo vermeldt Steenhuis nog wel, heeft daarover in zijn boek ‘Vrome Zondaars’ , dat in september 2010 verschenen is, de nodige twijfels aangemeld. Die konden echter wegens gebrek aan bewijs niet verder onderbouwd worden, mede omdat bij het OM veel archiefstukken vernietigd zijn. Over de periode die Deetman onderzocht heeft merkt Steenhuis op, dat niet uitgesloten kan worden dat er in de voor – voor- Gonsalvestijd wél afspraken zijn geweest, al kunnen de betrokkenen zich daarvan niks herinneren. ( Mr. R. Gonsalves was – dat terzijde - Procureur-Generaal van 1986 tot 1997 en is door de VPRO wel eens ‘de meester van de doofpot’ genoemd, naar aanleiding van zijn optreden bij de pacificatie van de Baliemvallei in Papoea Nieuw – Guinea). Nee, natuurlijk niet, want ook bij het OM houden ze de vuile was graag binnen. Het rapportje gaat er verder vanuit dat er maar weinig aangiften gedaan zullen zijn. De RK Kerk was machtig, veel mensen waren ervan afhankelijk en dus werd er gezwegen. Wat mij betreft is in ieder geval de schijn gewekt, zoals dat tegenwoordig ook zo mooi heet als je eigenlijk niks weet, dat het OM zijn zaakjes niet op orde heeft. Ik heb nog niemand om het aftreden van Opstelten en Teeven horen roepen. Dat wordt nu toch wel tijd!

Toch blijf ik nieuwsgierig. Ik overweeg een meldpunt op te richten voor alle slachtoffers van de dienaren der RK Kerk. Daar kan gemeld worden of er ooit aangifte gedaan is en hoe daarmee door politie en het Openbaar Ministerie omgegaan is. Mogelijk dat er aldus toch wat feitenmateriaal op tafel komt. Ik acht niet uitgesloten, dat de scheiding tussen Kerk en Staat in Nederland tussen 1940 en 1985 nog niet geheel voltooid was.