Tuesday 27 September 2011

Over internetverkoop, winkelcentra en banken

De verkoop van producten via het wereldwijde web zal in de komende jaren alleen maar toenemen. Daardoor ontstaat er druk op de winkelcentra in de grote steden. Vooral in Limburg, omdat daar ook nog eens de vergrijzing meer dan gemiddeld invloed heeft op de kopersstromen. De centra van Maastricht , Heerlen, Sittard-Geleen en Venlo zullen de gevolgen pijnlijk voelen. Over tien jaar koopt de helft van alle consumenten zijn of haar televisie, computer, ijskast of wasmachine via internet. Een op de vijf zal dan kleding en boeken op die manier aanschaffen.

Ik vind het fantastisch om – nu nog in de papieren krant ( hoe lang nog?)- te lezen hoe Marty Dahmen uit Landgraaf het desondanks aandurft om een herenmodezaak te beginnen. Waar? In Aken! Aan de Dahmengraben. Speelt hier de Voorzienigheid mee? Zijn eigen analyse voerde hem naar de Domstad. Niet de onderzoekers van adviesbureau Roots. Maastricht is te duur, in Heerlen is de modemarkt verzadigd en Sittard-Geleen kent nu al teveel leegstand. De toekomst van Limburg ligt over de grens! Dat was de titel van het rapport uit 2007 van de commissie Hermans. Dahmen heeft het wellicht niet gelezen, maar brengt het wel in de praktijk, terwijl de politiek het rapport in de la bij de stukken van blijvende waarde heeft opgeborgen. Al zijn spaarcenten heeft de nieuwbakken ondernemer in zijn zaak gestoken. Geen cent van de bank. Ondernemen is risico durven nemen.

Ook het verhaal van Robert Peters uit Heerlen tovert een glimlach op mijn gezicht. Geen enkele bank wilde zijn ondernemingsplan voor een webshop voor kabels financieren. Snel en goedkoop alle kabels leveren. Daaraan gekoppeld een ijzersterke klantenservice, die vragen van klanten op de dag dat ze gesteld worden beantwoord. 600 bestellingen per dag en de groei zet door. Elk jaar verdubbelt de omzet. Daar kan menige bank iets van leren. Peters is blij, dat hij het op eigen kracht gedaan heeft en daarom nu snel door kan groeien. Geen pottenkijkers van de bank. De banken durven al lang geen kleine risico’s meer te dragen. Dat niveau zijn ze ontgroeid.

In een schalkse bui heb ik wel eens geroepen, dat we nooit een gloeilamp gehad zouden hebben, als Frits Philips in deze tijd geleefd had. Wie zijn toch die bollebozen bij de banken, die het allemaal zo goed weten? Solvabiliteit, rentabiliteit, omzetprognoses voor drie jaar, investeringsbegroting en ga zo maar door. Papier, papier, papier. De startende ondernemer wordt er moedeloos van. Wel beleggen diezelfde banken miljarden euro’s in landen en projecten, die de eerste de beste junior -risicomanager de rillingen over de rug zouden doen lopen. En als het mis gaat het handje ophouden bij de staat en dus de belastingbetaler. Dan moeten ze overeind gehouden worden, waar elk ander bedrijf failliet zou gaan. Overheden en banken kunnen kennelijk niet failliet gaan. Dat hebben al die ambtenaren goed geregeld. Bij banken en overheden werken te weinig ondernemers, want die zijn allemaal al voor zichzelf begonnen! Misschien moeten wij gewoon maar eens stoppen om onze centen aan die banken te geven en er zelf mee gaan ondernemen. Het is tijd voor een nieuwe bank van, voor en door kleine ondernemers.