Tuesday 15 November 2016

De spagaat van Rodigo Duterte

De regering van President Rodrigo Duterte is nu ruim vier maanden oud.  De berichtgeving erover concentreert zich op zijn grote mond en de oorlog tegen drugs, die nu al bijna 5000 (per 1 november 2016 4812 om precies te zijn) mensen het leven heeft gekost, deels in operaties uitgevoerd door de politie en deels door zogenoemde EJK’s (Extra Judicial Killings). Dat zijn er al meer dan gedurende de ‘martial law’ tijd van Marcos (3240 volgens Amnesty International). Vooral mensenrecht- organisaties uiten kritiek op de manier waarop het drugsprobleem door Duterte bestreden wordt.

Maar er is meer gaande in de Filipijnen. Duterte heeft bij zijn kabinet-benoemingen zichtbaar terug  gegrepen naar de regering van President Gloria Macapagal Arroyo (2001-2010), door voormalig advocaat generaal Frank Chavez bestempeld als de meest corrupte van alle Filipijnse regeringen.  Daarenboven steekt hij zijn vriendschappelijke relatie met de familie van voormalig dictator Ferdinand Marcos (1965-1986) niet onder stoelen of banken. Hij beloofde tijdens de verkiezingscampagne al, dat hij een begrafenis van Ferdinand Marcos sr. op de heldenbegraafplaats ‘Libingan ng mga Bayani’ toe zou staan.  De meerderheid van de Hoge Raad van de Filipijnen heeft bezwaren daartegen onlangs weggewoven, met de simpele legalistische conclusie dat het hier een bevoegdheid van de president betreft, een politieke beslissing derhalve, waartegen juridisch geen bezwaar mogelijk is.  Zelf heeft Duterte uitgesproken dat de Marcos familie, met name dochter Imee Marcos, zijn verkiezingscampagne financieel gesteund heeft, hetgeen overigens door Imee Marcos ontkend wordt. Eveneens heeft de Hoge Raad nog niet zo lang geleden het arrest  (sedert 2011) van voormalig President Gloria Macapagal Arroya opgeheven omat er onvoldoende vermoeden van schuld tegen haar corrptie zou bestaan.  De rechtspraak in de Filipijnen wordt ook wel eens bestempeld als ‘the department store of justice’, het recht is te koop voor de meest biedende. Het heeft er alle schijn van dat de voormalige Marcos vriendjes weer sterk in opmars zijn. Zo wordt de revitalisering van de nooit in gebruik genomen kerncentrale van Bataan gepropageerd door een van de Cojuangcos, wiens vader ,Eduardo ‘ Danding’ Cojuangco, samen met Marcos’ naar Hawaii uitweek in 1986. Het Amerikaanse bedrijf Westinghouse, dat de centrale bouwde, heeft Marcos naar schatting tussen de 50 en 80 miljoen dollar aan steekpenningen voor die opdracht betaald.  De zoon van de dictator is een van de 24 Filipijnse senatoren, was kandidaat vice-president bij de laatste verkiezingen en bereid zich naar alle waarschijnlijkheid voor op een gooi naar het Presidentschap in 2022.

Aan de andere kant heeft Duterte zich geafficheerd als een vredespresident. Hij is druk doende de problemen met de Moslim bevolking in het zuidelijke Mindanoa op te lossen en werkt daarbij samen met Nur Misuari,  de oprichter en leider van het MNLF (Moro National Liberation Front). Als een van de bijdragen aan een vreedzame toekomst ziet Duterte de federalisering van de Filipijnen. Voorts zijn er besprekingen gestart in Oslo met de vertegenwoordigers van de Communistische Partij van de Filipijnen (CPP) en het daarmee verbonden National Democratic Front alsmede  de gewapende tak, de National People’s Army. Duterte heeft de communistische politieke gevangenen vrijgelaten en in zijn verbale uitingen krachtig afstand genomen van het imperialistische Amerika en opnieuw toenadering gezoch tot China en Rusland.  Noodzakelijke voorwaarden om de besprekingen in Oslo een kans van slagen te geven.  Het al decennia slepende Comprehensive Agrarian Reform Program (CARP) evenals de armoede- en corruptiebestrijding zijn niet onbelangrijke onderdelen van de Oslo agenda.


Interessant is hoe Duterte de beide bovenstaande strategische koersbepalingen met elkaar denkt te kunnen verzoenen.  De machtige politieke dynastieën van de Filipijnen zullen hun posities niet zonder slag of stoot prijs geven. De Moslims willen absoluut een herziening van het feodale landeigendom stelsel en de communisten streven  naar de nationalisatie van een aantal cruciale industrietakken, zoals  de mijnbouw en de drinkwater- en electriciteitsvoorziening.  Voorwaar geen gemakkelijke spagaat voor Rodrigo Duterte.